Padel is een snelgroeiende racketsport die elementen van tennis en squash combineert. Het is een sport die gemakkelijk te leren is en geschikt is voor spelers van alle leeftijden en niveaus. Maar voordat je begint met het spelen van padel hoorn, is het belangrijk om de regels te begrijpen. In deze blog zullen de belangrijkste spelregels padel uitgelegd worden, zodat je goed voorbereid het veld op kunt gaan.
Het speelveld
Het speelveld van padel is rechthoekig en meet 10 meter breed en 20 meter lang. Het is verdeeld in twee helften door een net dat in het midden 88 cm hoog is. Het net wordt ondersteund door metalen palen die zich aan de zijkanten van het speelveld bevinden. Aan beide kanten van het net is er een servicevak van 4 meter lang en 4 meter breed. Het speelveld is omgeven door glazen wanden en een hekwerk, dat ervoor zorgt dat de bal niet uit het veld kan gaan.
De puntentelling
Een padelwedstrijd wordt gespeeld om twee gewonnen sets. Een set wordt gewonnen door het eerste team dat zes games wint, met een verschil van twee games. Bij een stand van 6-6 wordt er een tiebreak gespeeld om de set te beslissen. Een game wordt gewonnen door het eerste team dat vier punten scoort, met een verschil van twee punten. De puntentelling is hetzelfde als bij tennis (15, 30, 40 en game).
De service
De service wordt altijd onderhands geslagen en moet vanaf de rechter servicevak diagonaal over het net geslagen worden naar het diagonaal tegenoverliggende servicevak. De serveerder moet met één voet in het servicevak staan en mag het servicevak niet verlaten voordat de bal het net heeft gepasseerd. De bal moet in het diagonale servicevak van de tegenstander landen en mag het net raken. Als de bal het net raakt en in het juiste vak landt, wordt dit een 'let' genoemd en moet de service opnieuw gespeeld worden.
Het spelverloop
Het spel begint met de service vanuit het rechter servicevak. Nadat de service is geslagen, spelen beide teams om beurten de bal, waarbij de bal niet meer dan één keer stuitert voordat deze teruggespeeld wordt. De bal mag tegen de wanden en het hekwerk gespeeld worden, maar moet wel eerst het speelveld raken voordat deze de wand of het hekwerk raakt. Als de bal het hekwerk raakt voordat deze het speelveld raakt, wordt dit beschouwd als een fout. Het doel van het spel is om de bal zo te spelen dat de tegenstander deze niet kan terugspelen, of om de bal zo te spelen dat de tegenstander een fout maakt.
De let
Als de bal tijdens het spel een onverwachte situatie veroorzaakt, zoals een bal die vanuit een andere baan het speelveld binnenkomt, of als een speler wordt gehinderd door een ander object dan de bal, kan de scheidsrechter een let toekennen.